woensdag 29 december 2021

Steunen, troosten. Of toch niet?




Nu het vuurwerk toch om de oren vliegt … Moet je je hond nu wel of niet steunen? En hoe doe je dat: steunen?

 

Vroeger mocht je je hond niet aaien als ie bang was, want dan zou hij nóg angstiger worden. Tegenwoordig móet je steunen. Is dat zo? Waarom zijn die inzichten zo veranderd? Wat verstaan wij onder steunen?


Laten we eens kijken hoe het werkt:

1 Stel, je bent een klein kind en een hééél klein beetje bang voor spinnen. Als je er eentje ziet, dan houd je afstand en kijk je met argusogen naar wat ie doet.

Stel dat je moeder (of vader) niet bang voor die spin is. Dat zij jou een ijsje geeft, op schoot neemt en een heel grappig verhaaltje vertelt over een onschuldige spin. Word je dan banger? Nee. Angst kún je niet bekrachtigen. Het fijne gevoel van de aanwezigheid van je moeder, het op schoot nemen, het ijsje en het grappige verhaaltje wegen immers een beetje op tegen dat nare gevoel van angst.

Maar nu dit: stel, je moeder (of vader) is wél bang. Ze begint direct hysterisch te gillen, grijpt je bij de arm en rent weg van de ‘enge spin’. Wat doet dat met jou? Grote kans dat je banger wordt. Haar angst kan jouw angst versterken door ‘emotionele besmetting’.

 

2 Stel, je bent een klein kind en echt pánisch voor spinnen. Als je eentje ziet, slaak je een gil en wil alleen maar wég, onder je dekbed liggen. Tot ie weg is. 

Hoor je dan op dat moment nog wat je moeder zegt? Ook al zegt ze dat je niet bang hoeft te zijn? Nee. Misschien lukt het haar om je in haar armen te nemen, voel je je daar veilig en kom je hééél langzaamaan weer een beetje tot jezelf. Pas als je ook zeker weet dat de spin op veilige afstand is, ben je aanspreekbaar.

Dus vooral als je angst nog niet té groot is, dán merk je hoe je moeder doet: zowel in positieve als negatieve zin!

 

Zo werkt het ook bij honden

Het hondenbrein en hun emoties lijken wat dat betreft bijzonder veel op die van ons. Vroeger keken we eigenlijk alleen naar het gedrag (en met straffen en belonen), en hielden we ons niet bezig met de emoties die dat gedrag aansturen. Terwijl we nu weten dat honden het net zo kunnen ervaren als wij: 

Is de angst te heftig, is je hond panisch, dan is hij niet meer 'aanspreekbaar' en wil hij maar één ding: vluchten naar een plek zijn waar hij zich veilig voelt. Dat kan bij jou in je armen zijn, tegen je aan op de bank, of ergens op een kleine, stille donkere (hol-achtige) plek. 

Ligt hij bij jou, dan kan zacht aaien, masseren en rustig tegen hem praten hem helpen sneller te ontspannen. Het versterkt niet zijn angst.


Jouw emoties en gedrag doen ertoe 

Je kan jouw hond dus wel emotioneel besmetten. Vooral als de band sterk is. Heel sensitieve honden die erg gefocust zijn op hun eigenaar, zijn daar zelfs extra gevoelig voor. 

Ben je zelf onzeker, doe je nerveuzer, en maak je er ‘een ding van’ dan kan je zijn angst ongewild versterken. 

Ben je echter relaxt, en doe je vrolijk en luchtig dan kan hem dat in positieve zin helpen. 

Doe dingen met hem die hij leuk en fijn vindt: speel samen, masseer, of strooi lekkers op de grond, laat ‘m zoeken. Blijf samen in beweging, op veilige en voldoende afstand van wat hij spannend vindt, laat 'm niet te lang focussen op dat wat hij eng vindt. 

Gaat het om angst voor geluiden dan kan een gevulde Kong waar hij aan kan likken ook helpen bij het ontspannen. Kortom, alles wat hij fijn en leuk vindt, kán hem helpen sneller te ontspannen.

Is hij al té panisch: zorg dat hij zich zo veilig en comfortabel mogelijk voelt. 

Forceer niks. Kijk, bij wat je doet, hoe hij het ervaart.

Wees er voor hem als hij je nodig heeft.